Veilig rijden in dichte mist – 4 onmisbare tips
Zelfs voor de meest ervaren automobilist is rijden in de mist geen pretje. Gelukkig komt InShared to-the-rescue. Met deze 4 onmisbare tips komt u veilig op uw bestemming.
Wat zou het handig zijn als er een uitvinding bestond waarmee je het weer kon beïnvloeden. Een druk op de knop en het was droog en bewolkt op het moment dat u in de auto stapt. Geen last van een laagstaande zon, een glad wegdek of mist. Vooral rijden door dichte mist vinden veel mensen een crime. Niet gek, want zelfs de bekendste route is ineens onherkenbaar en een ongeluk zit in een nóg kleiner hoekje.
Tussen de 40 en 90 mistdagen
Mist wordt ook wel een ‘wolk op de grond’ genoemd. Het zijn kleine waterdruppels die door de lucht zweven en ervoor zorgen dat u minder ziet. Door de afkoeling van koude lucht en het mengen van koude en warme lucht kan er mist ontstaan. Meteorologen spreken pas van mist als je minder dan een kilometer ver kunt kijken. Even wat cijfers op een rijtje:
- Zicht minder dan 200 meter = dichte mist
- Minder dan 50 meter = zeer dichte mist
- In Nederland hebben we gemiddeld tussen de 40 en 90 mistdagen
De afgelopen 30 jaar is het aantal dagen met mist en nevel volgens het KNMI gehalveerd. Waarschijnlijk komt dat doordat de lucht sinds de jaren 80 schoner is geworden; veel vervuilende fabrieken zijn gesloten en de verwarming is schoner. Hoe viezer de lucht is, hoe makkelijker kleine waterdruppels zich in de lucht vormen. Ook hebben we in de winter vaker wind uit het westen en de kans op mist is kleiner als het waait.
Dichte mist? 4 tips om veilig te rijden
- Bij mist schijn je onbedoeld harder te gaan rijden om je geen referentiepunt hebt. Het is dan moeilijk inschatten hoe snel je gaat en waar je naar toe rijdt. Hetzelfde effect heb je op een brede, lege weg. In de mist is het extra gevaarlijk om hard te rijden, let daarom goed op uw snelheid.
- Genoeg afstand houden is altijd belangrijk, maar zeker als het buiten mistig is. Het is verstandig om dan zeker 4 seconden afstand te houden. U weet namelijk nooit of een voorganger plotseling gaat remmen. Deze vuistregel is handig om te onthouden als het mistig is: ‘Halveer uw snelheid, verdubbel uw afstand.
- Zorgt mist, regen of sneeuw ervoor dat u minder dan 200 meter ziet? Dan moet u de mistlampen aan de voorkant van de auto gebruiken. Alleen als u minder dan 50 meter ziet door zware sneeuw of mist, mag u de misterachterlichten gebruiken. Een handige truc om in te schatten hoeveel u ziet, is door naar de hectometerpaaltjes langs de weg te kijken. Die staan precies 100 meter uit elkaar. En gebruik nooit groot licht als het mistig is. Door de weerkaatsing ziet u helemaal niks meer.
- Mist kan ervoor zorgen dat u (bijna) geen hand voor ogen ziet. Onder het mom van: ‘Alle kleine beetjes helpen’, is het slim om de autoruiten goed schoon te maken. Veeg tijdens het rijden met de ruitenwissers de kleine waterdruppels op de ruiten weg en stel de spiegels voor vertrek goed in.
Waarom zijn de spitsstroken soms dicht bij mist?
Rijkswaterstaat houdt vanuit verkeerscentrales de spitsstroken met camera’s en een detectiesysteem in de gaten. Als er een ongeval is, kunnen ze de spitstrook zo snel sluiten. Mist en sneeuw kan ervoor zorgen dat er door de camera’s weinig of zelfs niets meer te zien in is. Rijkswaterstaat kiest er dan voor om de spitstroken dicht te houden, ook al is druk op de weg.
Wel zo veilig.
[bron: knmi.nl, RTLnieuws.nl, weeronline.nl]